Nieuws

Vervuiling in de Nigerdelta: vrouwen timmeren aan de weg naar gerechtigheid

Vervuiling in de Nigerdelta: vrouwen timmeren aan de weg naar gerechtigheid

De monding van de rivier de Niger is omwille van de verwoestende oliewinning een van de meest vervuilde gebieden ter wereld. Amina Adebisi Odofin, onderzoekster aan de Universiteit Gent, vertelt hoe vrouwen en hun strijd tegen machtige multinationals centraal staan in dit drama voor mens en milieu.

Nigeria heeft de grootste economie van Afrika. De olie- en gasreserves in het gebied waar de rivier de Niger uitmondt in de zee brengen de multinationals en de overheid heel wat op. Het gebied, een van de grootste rivierdelta’s ter wereld en een van de dichtstbevolkte regio’s van Afrika, is ook op wereldschaal een sleutelgebied op het vlak van energiewinning. Maar de rijke grond is geen bron van welvaart voor de mensen in het deltagebied, integendeel. De komst van oliemaatschappijen heeft de lokale bevolking veel meer kwaad dan goed gedaan.

Bij de ontginning door verschillende multinationals en met name door Shell, dat er al sinds Nigeria een Britse kolonie werd ‘zwart goud’ uit de bodem haalt, is er al jarenlang sprake van voortdurende lekkages en het verbranden van giftige gassen. Bodem en water worden massaal vervuild. Dit heeft dramatische gevolgen voor het lokale milieu en de gezondheid van de lokale bevolking. Hun omgeving wordt vernietigd, hun voedsel vergiftigd. Land én mens worden geëxploiteerd, uitgebuit en misbruikt. De biodiversiteit en de lokale levensstijlen werden vernietigd. Armoede, prostitutie en geweld tieren welig.

“De bewoners van dit gebied zien hun rechten op voedsel, huisvesting, werk, schoon drinkwater, gezondheidzorg … chronisch geschonden terwijl anderen profiteren van de opbrengsten van de natuurlijke rijkdommen zoals de olie.”

– Amnesty International

Sterke maar onzichtbare vrouwen

Amina Adebisi Odofin, kind van een Nigeriaanse vader en Marokkaanse moeder, is een jonge onderzoekster aan de Universiteit Gent. Als onderdeel van haar doctoraat bestudeert ze de zeer complexe relatie tussen oliewinning en genderkwesties. Vrouwen worden in de Nigerdelta dubbel gestraft: door uitbuiting en de onzichtbaarheid van hun rechten. Amina beschrijft haar benadering als “feministisch en postkoloniaal”. Haar onderzoek richt zich op wat ze de “petro-seksuele politiek van de Nigerdelta” noemt. Onlangs nam ze deel aan een conferentie over gender- en klimaatkwesties, georganiseerd door de Climate Coalition.

Amina heeft haar studieonderwerp niet “gekozen”, het kwam gewoon in haar op. “Ik werkte bij Greenpeace, waar ik ontdekte dat we veel wisten over de ecologische impact van oliewinning, maar wat met de impact op sociale interacties?  Op genderkwesties? Mijn vader was de eerste mannelijke feminist die ik ooit ontmoette. Door hem begreep ik de ernst van de situatie. Hij vertelde me over vrouwen in Nigeria, over sterke vrouwen, vrouwen die de leiding nemen, die de ruggengraat vormen van gezinnen. Ze voeden hun kinderen en die van anderen op. Ze werken, ze doen aan landbouw, ze zijn verantwoordelijk voor de voeding. Maar in de media, in artikels over de Nigerdelta, zijn ze onzichtbaar. De vrouwen zijn nergens te zien, op geen enkele foto of in geen enkel verhaal. Toch zijn ze aan het mobiliseren, campagne aan het voeren en aan het vechten op het terrein.”

“Ik denk dat de actieve rol die Nigeriaanse vrouwen spelen enigszins botst met de stereotypen die in onze media worden weergegeven. We geloven graag dat Afrikaanse vrouwen slachtoffers zijn, vooral slachtoffers van seksuele misdrijven, en dat ze afgezien van dit slachtofferschap geen rol spelen. Dat is echter niet waar.”

Uitbuiting

Seksueel geweld gaat hand in hand met de precaire situatie in het gebied. “Verkrachting blijft een van de meest voorkomende vormen van mensenrechtenschendingen in Nigeria”, stelt Amnesty International. “Dit geweld wordt als wapen ingezet”, voegt Amina eraan toe.

“De positie van vrouwen in Nigeria is fundamenteel veranderd door de oliemaatschappijen. Niet alleen de grondstoffen worden geëxploiteerd, maar ook de mensen en hun lichamen. Kijk, vrouwen zijn van oudsher verantwoordelijk voor voedsel en water, mannen zijn vissers en boeren. Maar vandaag valt er niets meer te vissen of te oogsten. Gebotteld water moet met vrachtwagens worden vervoerd, terwijl de regio letterlijk omringd is door water! Door de massale vervuiling zit er geen vis meer in de riviermonding.”


“Alle natuurlijke bronnen zijn geprivatiseerd ten voordele van enkelingen, de schade wordt afgewenteld op de anderen.”

— Amina Adebisi Odofin

“Alle natuurlijke bronnen zijn geprivatiseerd ten voordele van enkelingen, de schade daarentegen wordt afgewenteld op de anderen. De mensen die in het gebied wonen zijn volledig afhankelijk van de agressor. Een agressor die mensen van hun werk heeft beroofd, die tradities heeft vernietigd en die mensen ziek heeft gemaakt.”

Het resultaat is moeilijke toegang tot gezondheidszorg en onderwijs, geweld en een hoog sterftecijfer. “De sociaal-politieke gevolgen zijn enorm, zegt Amina. “Enorme ongelijkheid, zware gezondheidsproblemen, compleet gebrek aan zorginfrastructuur, geen onderwijskansen, hevige sociale spanningen …”

Vrouwenactivisme

Maar er is hoop, en die komt tot uiting in actie voeren. Van vervuiling schoonmaken over herbeplanten tot het creëren van banen voor vrouwen en demonstraties om de economische activiteiten van multinationals Shell en Chevron te blokkeren. De Nigeriaanse vrouwen ‘vorderen’ ook actief hun land terug en eisen gerechtigheid en schadevergoedingen.

“Vrouwen hebben de afgelopen tien jaar mangroves geplant en hele gebieden schoongemaakt die door olie-activiteiten werden verwoest. Hun gebruikte en uitgebuite lichamen wenden ze als machtsinstrument aan met ‘naakte’ demonstraties”, vertelt Amina. “Ze geven hun boze lichamen bloot om acties uit te voeren en te protesteren. Ik vind het jammer dat velen denken dat deze vrouwen “gered” moeten worden. Leg ze het feminisme maar eens uit. Feminisme daar is niet hetzelfde als feminisme hier. Nigeriaanse vrouwen zijn onzichtbaar omdat de media en de politiek nog steeds erg gericht zijn op mannen en overheerst worden door mannen, maar in werkelijkheid zijn ze de kern van de strijd.”

De strijd van de Ogoni 9-vrouwen

De Ogoni 9 zijn negen mensenrechten- en milieuactivisten van het Ogoni-volk. Met de Movement for the Survival of the Ogoni People (MOSOP) streden ze vanaf begin jaren negentig voor sociale, economische en milieurechtvaardigheid en tegen de schadelijke milieupraktijken en het misbruik door oliemaatschappijen, met name Shell. Hun roep voor een redelijk deel van de inkomsten, schadevergoedingen en herstel van de leefomgeving kreeg steeds meer weerklank bij de Ogoni-gemeenschap. Ondanks harde repressie waarbij burgers werden gearresteerd, gemarteld en neergeschoten, vrouwen en meisjes verkracht, groeide de Ogoni-verzetsbeweging.

In 1993 gingen zo’n 300 duizend mensen met MOSOP de straat op voor een vreedzaam protest tegen Shell. De Nigeriaanse militaire dictatuur onder leiding van generaal Abacha die onder één hoedje speelde met het oliebedrijf, sloeg dit vreedzaam protest met bruut geweld neer. Er vielen honderden doden. Terwijl de internationale aandacht en het imagoverlies voor Shell toenam, kwamen de Ogoni 9 in het vizier.

Ken Saro-Wiwa, schrijver, politiek en milieu-activist, leider en symbool van de Ogoni 9 werd samen met acht andere activisten gearresteerd. Na een oneerlijk schijnproces werden zij ter dood veroordeeld en door ophanging geëxecuteerd door de Nigeriaanse overheid op 10 november 1995.

De vrouwen van de Ogoni-9 speelden een cruciale rol in de strijd voor gerechtigheid en de nagedachtenis van hun geëxecuteerde familieleden. Ze organiseerden demonstraties en vestigden de aandacht van de wereld op de verwoestende impact, de grote macht en het misbruik van de olie-industrie in de Nigerdelta.

Moedig spanden ze een rechtszaak aan tegen Shell, dat ze ervan beschuldigden betrokken en medeplichtig te zijn aan de executie van hun echtgenoten. Getuigen beweerden door de oliemaatschappij te zijn betaald om valse getuigenissen tegen de Ogoni 9 af te leggen. In 2009 bood Shell 15,5 miljoen dollar ter compensatie aan de familie van Ken Saro-Wiwa. De oliereus verklaarde onschuldig te zijn maar wou een ‘menselijk verzoenend gebaar’ stellen. In 2022 verloren de Ogoni-vrouwen de rechtszaak. Er was ‘onvoldoende bewijs’ om de betrokkenheid van Shell aan te tonen.

Deze uitkomst is teleurstellend. Maar het is belangrijk dat Shell uiteindelijk ter verantwoording werd gehouden in de rechtbank en dat de Ogoni-vrouwen gehoord werden. Het feit dat zij meer dan twintig jaar moesten wachten om hun betoog te kunnen houden, versterkt eigenlijk hun aanklacht tegen het feit dat machtige bedrijven zich (lang) kunnen onttrekken van hun verantwoordelijkheid voor misdaden en mensenrechtenschendingen.

Bron: Amnesty International

Shell logo

Het is duidelijk. Er is krachtige wetgeving nodig om bedrijven verantwoordelijk te stellen en slachtoffers de mogelijkheid te geven een bedrijf ter verantwoording te roepen. Dat kan via een zorgplichtwet, een wet die bedrijven dwingt om de internationaal erkende mensenrechten, arbeidsrechten en milieunormen doorheen de volledige productieketen te respecteren.

Met zorgplicht wordt de combinatie bedoeld van een plicht tot zorgvuldigheid (geen schendingen van milieunormen, mensen- en arbeidsrechten) en plicht tot herstel (van milieuschade maar ook van het onrecht aan slachtoffers bijv. via vergoedingen, compensatie voor schade).

Het Europees Parlement keurde op 1 juni 2023 alvast een dergelijke zorgplicht goed. Nu volgen onderhandelingen op Europees niveau om in 2024 tot de eigenlijke wetgeving te komen.

Meer weten? Check de campagnewebsite van 11.11.11.

Facebooktwitter

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Lees ook x

De Nieuwe Werker

FREE
VIEW