Burn-out, depressie, werkonbekwaamheid, invaliditeit … het blijven terugkerende problemen op de werkvloer. De oorzaken? Werkdruk, zware beroepen, precaire contracten … Maar ook de periode van inflatie die we doormaken, de toenemende onzekerheid. De sociaal-economische barometer van het ABVV hield de mentale en fysieke gezondheid van de Belgische werknemers op de werkvloer tegen het licht.
Geestelijke gezondheid en arbeidsongeschiktheid
De verbetering van de gezondheid en veiligheid op het werk wordt tegenwoordig door de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) beschouwd als één van de fundamentele gebieden voor waardig werk, naast vakbondsvrijheid, bestrijding van discriminatie, kinderarbeid en dwangarbeid.
Toch steeg het aantal langdurig arbeidsongeschikten tussen 2016 en 2020 omwille van burn-out en depressie met bijna 40%: +41,50% burn-out, en +32,53% depressie. Meer dan 2/3 van de gevallen van depressie en burn-out betreft vrouwelijke werknemers.
Tussen 2010 en 2020 is ook het aantal arbeidsongeschikte werknemers (langer dan 12 maanden ziek) aanzienlijk gestegen, tot 442.000. Ook hier gaat het vooral om vrouwen en om twee leeftijdsgroepen: 30-34 en 55+. Waar bij vrouwen nog altijd de combinatie van een druk gezinsleven met een professioneel leven zwaar weegt, is het bij de jongere werknemers vooral de werkdruk. Bij oudere werknemers is het vooral een gebrek aan aangepaste (lichtere) arbeidsomstandigheden dat tot problemen leidt. Oudere werknemers die te maken hebben met een gezondheidsprobleem sukkelen zo in de invaliditeit of arbeidsongeschiktheid.
Naast geestelijke gezondheidsproblemen behoren spier- en skeletaandoeningen zoals rugpijn, tendinitis … al vele jaren tot de drie meest voorkomende en ernstigste beroepsziekten, en zijn bij de belangrijkste oorzaken van invaliditeit.
Onzekere werkgelegenheid
In veel sectoren wordt het werk steeds meer en mee ‘geflexibiliseerd’. Er zijn verschillende contracten die geen echte werkzekerheid bieden, zoals tijdelijk werk, deeltijdwerk, flexi-jobs … deze factoren leiden tot baan- en inkomensonzekerheid en hebben slechte gevolgen voor de gezondheid.
Werkonzekerheid leidt vaak tot een slechtere gezondheid (fysiek of mentaal), en een slechte werk-privé balans. De twee meest onzekere sectoren zijn de schoonmaaksector en de dienstencheques, sectoren waarin er ook vaker sprake is van een slechtere ‘algemene’ gezondheid.
Onzekerheid die ziek maakt
De studie ‘Precair werk in België’ van de VUB uit 2022 windt er geen doekjes om: “Wie precair tewerkgesteld is, scoort lager op het vlak van welzijn en gezondheid.” In deze studie wordt precair werk gezien als werk met flexibele arbeidstijd, weinig sociale bescherming, laag loon, en weinig controle over het arbeidsproces (lonen, werkuren …) Mensen die loopbaanonzeker zijn, ”verliezen ook hun zekerheid over een stabiel inkomen, sociale bescherming, werkschema’s, inspraak, doorgroeimogelijkheden … Precaire jobs worden dan ook gelinkt aan negatieve gezondheids- en welzijnsuitkomsten bij werknemers door onder andere stress, job-ontevredenheid en materiële deprivatie.”
Burn-out voorkomen: 4 aanbevelingen
Ook een rapport van de SERV uit 2021 over de impact van loopbaanonzekerheid toont een duidelijke (negatieve) impact van onzeker werk op “de psychische gezondheid (burn-outklachten), de werkbetrokkenheid, (motivatieproblemen) en de bedrijfsbinding van werknemers (hoge verloopintentie).” Het rapport doet een aantal aanbevelingen om de geestelijke gezondheid van werknemers te promoten en burn-out te vermijden: een transparante communicatie en informatieverstrekking om wilde speculaties over baanonzekerheid en een gevoel van controleverlies te vermijden, het inbouwen van overleg- en inspraakkansen in tijden van ingrijpende veranderingen, coachend leiderschap, en ten slotte ook inspanningen op het vlak van opleiding en loopbaanontwikkeling.
Een gezonde geest in een gezond lichaam, in een gezonde baan. De oplossing: betere lonen, betere contracten, houdbare werktijden. Ook frequentere controles van de arbeidsomstandigheden moeten een prioriteit zijn.