Nieuws

Journalistieke prijs voor het portret van ‘de laatste mijnwerker’

Journalistieke prijs voor het portret van ‘de laatste mijnwerker’

De Federatie Wallonië-Brussel heeft deze week in het Parlement verschillende journalistieke prijzen uitgereikt. Een daarvan werd toegekend aan een journaliste van De Nieuwe Werker. Ioanna Gimnopoulou won de prijs voor persfotografie met haar portret van Urbano Ciacci, genomen tijdens de herdenking van 66 jaar mijnramp van Marcinelle op 8 augustus.

Vooral de geëngageerde media vielen in de prijzen bij de jury, die bestond uit parlementsleden en journalisten met verschillende achtergronden. Naast de prijs voor Ioanna Gimnopoulou, ging de prijs voor de geschreven pers naar Olivier Bailly, journalist en medeoprichter van Médor, voor een reportage over overlevenden van kanker, getiteld ‘La peine de vivre’ (Peine = een woordspeling, kan zowel betekenen ‘de moeite/waarde van het leven’, als ‘de straf van te moeten leven’).

Een verhaal van immigratie

Als je De Nieuwe Werker leest, ben je vast en zeker de naam van de buitengewone Ioanna Gimnopoulou onderaan een artikel al tegengekomen. Ioanna is een 34-jarige, meertalige Belgische journaliste van Griekse afkomst. Ze schrijft, fotografeert en filmt. In 2021 vervoegde ze de redactie van De Nieuwe Werker. Haar favoriete onderwerpen zijn internationale kwesties, en interviews en portretten van activisten in België en elders. Elke maand richt ze ook de spotlight op vrouwen als hoofdrolspelers in de sociale strijd en stelt een ABVV-militante aan de lezers voor.

Ze heeft een diploma journalistiek en is ook een autodidactisch fotografe. Rudy Demotte, voorzitter van het Parlement van de Franse Gemeenschap Parlement, beschrijft haar als “een jonge fotografe met een mooie toekomst. Dit is een zeer expressieve foto. Met de erkenning van de kwaliteiten van deze foto, wilde de jury een sterke link leggen met de bijdrage van de Italiaanse immigratie aan de Belgische geschiedenis.”

“Mevrouw Gimnopoulou is zelf een mijnwerkerskleindochter van Griekse afkomst. Het onderwerp van de foto betreft haar, net zoals het ons allemaal aanbelangt.”

Foto met verhaal

Afgelopen augustus ging Ioanna naar de site van het Bois du Cazier, waar een herdenking van de mijnramp van 1956 plaatsvond. Ter plaatse ontmoette ze een sleutelfiguur in de tragedie. Urbano Ciacci, overlevende, houdt de herinnering levend. Hij is 88 jaar oud en ‘de laatste mijnwerker’. Voor die herdenking trekt hij zijn oude werkkledij nog eens aan. Ioanna maakt foto’s, praat met hem, en vertelt zijn verhaal. Een kort stukje:

Op de dag van de ramp was Urbano in Italië om met zijn verloofde te trouwen. “Anders zou ik met de 262 gestorven zijn,” zegt hij. Toen hij het nieuws hoorde, keerde hij onmiddellijk terug naar België. Hij hielp de slachtoffers uit de mijn te halen en ze te wassen. “Het was erg moeilijk,” herinnert hij zich, omdat de lichamen allemaal vervormd waren. Onder de slachtoffers waren er 136 Italianen en 95 Belgen. Allen tezamen waren er 12 verschillende nationaliteiten. Maar in de moordende diepte hadden ze allemaal dezelfde kleur: zwart. “We waren allemaal vrienden”, vertelt Urbano geëmotioneerd.

Op 11 januari stond Urbano Ciacci zij-aan-zij met de journaliste, die hem in de spotlight zette. Opnieuw had hij zijn mijnwerkersplunje aangetrokken. Deze persprijs voor fotografie is die van Ioanna en Urbano, die de tribune deelden. Een aangrijpend, belangrijk, menselijk moment. De redactie van De Nieuwe Werker keek goedkeurend toe vanuit het publiek, maar ook Hyrini en Theodoros, haar ouders, trots op ‘hun kleine Ioanna’.

Ioanna, vandaag win je een prijs voor fotojournalistiek, aan het begin van je carrière. Je staat hier voor Urbano, voor je ouders. Hoe voel je je?

“Ik ben trots, natuurlijk … Dit geeft me veel zin om verder te gaan, om mijn fotografische techniek te verbeteren, om veel reportages ter plaatse te maken.”

Deze bekroonde foto vertelt het verhaal van Urbano, maar ook dat van je familie?

“Mijn grootvader werkte in de mijnen, maar slechts drie jaar. Daar achter steekt een gemeenschappelijke geschiedenis. Het is de geschiedenis van de immigratie. Deze verhalen over onze levenswandel moeten we blijven vertellen, de hele tijd. Dat is wat Urbano doet. Hij ontsnapte aan deze grote mijnramp. Hij beschouwt het doorgeven van de herinneringen daaraan als een persoonlijke missie.”

Kan je ons iets vertellen over hoe en waar deze foto tot stand kwam?

“Ik zag Urbano op het podium, tijdens de herdenking van de mijnramp te Marcinelle in het Bois du Cazier. Ik wilde hem ontmoeten na de ceremonie en hem interviewen en een foto nemen. Maar hij werd omringd door veel fotografen, lokale politici, parlementsleden. Ik begon foto’s te maken terwijl hij poseerde voor andere journalisten.”

“Deze foto was een verrassing, die ik bij thuiskomst tussen de andere beelden ontdekte. De foto verwijst naar de toespraak die hij op het podium had gegeven, want op dat ogenblik haalde hij zijn mijnwerkerslamp boven om uit te leggen hoe deze werkt. Het bevat een link naar de toespraak die hij op het podium hield. Want op een gegeven moment haalde hij zijn mijnwerkerslamp tevoorschijn om uit te leggen hoe het werkte. Iemand van de organisatie onderbrak hem echter en hij had geen tijd meer om verder uit te leggen. Ik beeld me graag in dat hij via deze foto zijn verhaal kan blijven vertellen.”

Kan je ons wat meer vertellen over je achtergrond in fotografie en sociale journalistiek?

“Ik kreeg mijn eerste camera voor mijn verjaardag, toen ik twintig was. Ik studeerde toen in Spanje. Een vriendin van me woonde in Nepal en was journaliste. Ze had een blog waarop we sociaal geëngageerde artikels schreven. Ik ben toen begonnen met de sociale fotografie.”

Je afkomst is divers, net als je achtergrond. Je studeerde in het buitenland, hebt veel gereisd, werkte voor ngo’s en vervolgens bij de vakbond. Je partner is ook fotograaf. Beïnvloedt dit alles uw redactionele keuzes en smaak?

“Er zit vanzelfsprekend een persoonlijk aspect aan. Deze thema’s raken me omdat het mijn verhaal is, het verhaal van mijn man, die van Turkse afkomst is, en het verhaal van vele families in België.”

We kunnen alleen maar blij zijn dat de geëngageerde, linkse pers hier vandaag in de prijzen valt. Ben je hier trots op?

“De geëngageerde pers is onmisbaar voor de democratie, net als de algemene pers. Het zijn allebei essentiële facetten van informatie, en het is belangrijk dat beide zich kunnen uiten. Algemene journalisten moeten objectief, snel en beknopt zijn. Ik denk dat het in de traditionele media moeilijk kan zijn om de tijd en de gelegenheid te vinden om je kritische geest te uiten. Dit is een van de taken van de opiniepers. We kunnen alleen maar blij zijn met de toekenning van journalistieke prijzen aan Médor en De Nieuwe Werker.”

Heb je nog andere reportage reportages of projecten in het vooruitzicht?

“Ik werk aan een documentaire over de mijnen in België. Ik heb al een documentaire geregisseerd over de rechten van arbeiders in Colombia (Tierra de Lucha, nvdr.), wat ik een fantastisch project vond. Mijn volgende documentaire zal de getuigenissen van drie mijnwerkers, uit drie verschillende landen, die in verschillende regio’s werkten, naast elkaar leggen. Een van de drie zal Urbano zijn.”

Doorvertellen

Achter deze foto steekt een gemeenschappelijke geschiedenis. Het is de geschiedenis van de immigratie. Deze verhalen over onze levenswandel moeten we blijven vertellen, de hele tijd.

Ioanna Gimnopoulou

Facebooktwitter

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Lees ook x

De Nieuwe Werker

FREE
VIEW