Hoe is de situatie van LGBTI-werknemers in België?
// een bijdrage van Horval
Elk jaar wordt de LGBTI-gemeenschap (lesbian, gay, bisexual, transgender, intersexual) in mei en juni wereldwijd in de verf gezet (in de landen die op dit vlak vooruitgang hebben geboekt). 17 mei is de internationale dag tegen homofobie en transfobie. Meestal vindt de ‘Belgian Pride’ in Brussel op dat moment plaats. Juni wordt vaak beschouwd als de Pride-maand (in Frankrijk, de Verenigde Staten…). Deze verschillende vieringen zijn ook de ideale gelegenheid om de vele discriminaties aan te kaarten waarvan de LGBTI-gemeenschap nog steeds het slachtoffer is en welke weg er nog moet afgelegd worden om LGBTI-fobie uit de wereld te helpen.
Vooruitstrevend
We hebben ons over deze vraag gebogen tijdens een gesprek met Ben Smets, werknemer uit de voedingsnijverheid in het gewest Antwerpen en Horval-delegee. Ben zet zich in voor de LGBTI-rechten en heeft een mandaat voor Horval om deel te nemen aan de werkgroep van IUF (de internationale vakbond voor de werknemers uit de voeding) om op te komen voor de rechten van LGBTI-werknemers. Deze werkgroep is relatief recent en werd opgericht nadat werd vastgesteld dat de LGBTI-kwestie binnen de arbeidswereld een specifieke aanpak vereiste.
België wordt vaak als een van de meest vooruitstrevende landen ter wereld beschouwd als het gaat over LGBTI (2de land ter wereld dat het homohuwelijk in 2003 legaliseerde), toch wil dit daarom niet zeggen dat LGBTI-mensen het makkelijk hebben, ook niet op de werkplek.
Verdoken discriminatie
Ben legt uit: “In België gaat het vaak over een verdoken discriminatie ten aanzien van de LGBTI-werknemers. Denk maar aan kleine pesterijen, zoals mopjes door collega’s. Dat kan al genoeg zijn om ervoor te zorgen dat de werknemer zich niet veilig genoeg voelt om hier openlijk over te praten.”
De realiteit op het terrein is complexer dan wat de rangschikkingen laten vermoeden. Ben bevestigt: “Op het terrein durven veel LGBTI-werknemers er niet over spreken uit angst voor discriminatie: pesterijen, minder jobkansen … Voor transgenders is het nog erger. Dit belangt ook de werkgevers aan. Ze weten niet altijd hoe ze daarmee moeten omgaan binnen hun team.”
Rol van vakbonden
“Als vakbond kunnen we een belangrijke rol spelen, niet alleen voor de werknemers maar ook voor de werkgevers om hen te helpen om te gaan met deze situaties. Bijvoorbeeld door vorming en sensibilisering van de delegees op het terrein, om hun kennis hierover uit te breiden. Veel delegees hebben nog te weinig kennis hierover en kunnen daardoor de desbetreffende werknemers niet correct verdedigen.”
Het is echter niet altijd evident om de LGBTI-kwestie en de discriminaties op dat vlak aan te kaarten, want seksualiteit is niet per se fysiek ‘zichtbaar’, zoals bijvoorbeeld wel het geval is met de huidskleur. Hoe kan je er dan voor zorgen dat de LGBTI-werknemers zich beschermd voelen?
“De enige mogelijkheid voor het ABVV is om via campagnes bijvoorbeeld te tonen dat ze er voor hen zijn. Er moet een ruimte georganiseerd worden waar de LGBTI-werknemers zich veilig voelen. Ze moeten weten dat ze bij het ABVV terecht kunnen en de nodige stappen kunnen zetten wanneer ze het slachtoffer worden van discriminatie of pesterijen.
Zelfs binnen onze eigen organisatie zijn er altijd verbeteringen mogelijk. In Antwerpen werd er bijvoorbeeld onlangs een LGBTI-netwerk opgericht, verspreid over meerdere sectoren, om uitwisselingen tussen de werknemers mogelijk te maken. In de toekomst zou dit project misschien uitgebreid kunnen worden op Vlaams, Waals en zelfs nationaal niveau.”
Goeie raad
Ben geeft nog een laatste raad aan zijn kameraad-delegees: “Het ABVV beschikt over medewerkers die werken rond inclusie en diversiteit. Als jullie geconfronteerd worden met een probleem op het vlak van LGBTI met een collega op de werkplek, en als je vindt dat je hierover niet voldoende kennis hebt, contacteer hen dan, win inlichtingen in om zelf ook te kunnen helpen op het terrein.”
Het is hoe dan ook duidelijk dat het ABVV en ABVV Horval niemand aan de kant laten staan. Als kameraden delen we allemaal een gemeenschappelijk doel, ongeacht onze seksualiteit, onze origine, onze religie of geslacht: strijden tegen sociale onrechtvaardigheid en het kapitaal omverwerpen. Deze strijd maakt ons één en solidair met elkaar.