Waarom spreken we over ‘onze’ sociale zekerheid? Hoe kunnen we die versterken, verbeteren en voeden? Wat antwoorden we op de vooroordelen of actuele bedreigingen? Interview met Raf De Weerdt, federaal secretaris van de socialistische vakbond en expert sociale zekerheid.
In april 1944 sloten vakbonden en werkgevers het Sociaal Pact, zowat het ontwerp voor de uitbouw van sociale zekerheid. Tijd voor feest?
“Ja, we vieren deze 80ste verjaardag met trots. Te vaak hebben we weinig oog voor wat zo vanzelfsprekend geworden is dat niemand er nog bij stilstaat.”
“Onze sociale zekerheid is generatie na generatie opgebouwd en alle werknemers over alle generaties heen maken er doorheen hun leven op talrijke momenten gebruik van: de sociale zekerheid staat altijd aan je zijde. Het is de belofte van altijd beschermd te zijn.”
“Kwaliteit van een beschaving wordt voor mij afgemeten aan de mate waarin men respectvol omgaat met wie het moeilijker heeft. Iemand die de pech heeft ziek te worden of zijn werk te verliezen, mag niet nog dieper in de put geduwd worden. We moeten ervoor zorgen dat die persoon geholpen wordt en een nieuwe start kan nemen.”
“Onze sociale zekerheid is uniek omdat het niet enkel ‘een verzekering’ is tegen risico’s die een private verzekeraar nooit zou willen of kunnen dekken, het is een zo goed als universeel systeem. Zo goed als de hele bevolking heeft toegang tot gezondheidszorg van hoog niveau, geniet sociale bescherming, heeft recht op terugbetaling van ziekenhuiskosten.”
“Ook qua omvang en beheer is het uniek. Er gaat zo’n 100 miljard rond in het werknemersstelsel. Het beheer is in handen van vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers. Zij lagen aan de oorsprong van het systeem met de beslissing om een deel van het verdiende loon te investeren in bescherming, zij financieren het systeem dus zij beheren in functie van de lange termijn en stabiliteit, tegen de politieke waan van de dag in.”
Na 80 jaar is het misschien niet enkel tijd voor een lofzang maar ook voor reflectie?
“Absoluut. Ook een goed systeem kan altijd verbeteren. Zo hameren we er al jaren op dat de uitkeringen boven de armoedegrens moeten liggen. Vandaag ligt het gros van de minimumuitkeringen daar nog onder. We kunnen als samenleving echt wel beter. Laat ons alle uitkeringen optrekken tot 10% boven de armoedegrens. Die zekerheid en zorgeloosheid moeten we in een welvarend land toch kunnen bieden?”
“Kwaliteit van een beschaving wordt voor mij afgemeten aan de mate waarin men respectvol omgaat met wie het moeilijker heeft. “
— Raf De Weerdt
“De uittredende regering heeft al belangrijke stappen gezet, zoals het optrekken van het minimumpensioen voor een volledige loopbaan, maar de weg is nog lang. Tijdens de eerste 2 maanden ziekte is er gewoon geen minimumbedrag, net als voor uitkeringen moederschapsrust en geboorteverlof. Ook het doorsnee pensioen en de doorsnee werkloosheiduitkering liggen te laag. Gaat Jan Modaal met pensioen of verliest die z’n job, dan verliest hij plots ook de helft van zijn (bruto) inkomen.”
Nochtans hoorden we in de verkiezingscampagne opnieuw dat er bespaard moet worden op uitkeringen.
“Ik begrijp niet dat sommigen tezelfdertijd zo hardvochtig zijn én de waarheid geweld durven aandoen. Beleidsmakers weten maar al te goed dat de uitkeringen te laag zijn. Tijdens de corona-epidemie heeft onze sociale zekerheid ons niet alleen beschermd, maar ook de economie draaiend gehouden.”
“Plotseling moesten zeer veel bedrijven gebruik maken van tijdelijke werkloosheid. Zonder aarzelen werd de uitkering verhoogd van 65 naar 70% van het brutoloon én werd een toeslag voorzien. Waarom kon dat toen zo snel, zonder ophef? Omdat bijna iedereen getroffen werd, in alle sectoren.”
“Ik ontwaar dus een zeer perverse paradox bij rechtse en conservatie politici, sommige ‘captains of industry’ en werkgeversorganisaties. Wanneer veel werknemers het systeem nodig hebben, kunnen de uitkeringen omhoog want iedereen beseft dat hij/zij het nodig kan hebben en het draagvlak om dit te doen is groot. Wanneer minder werknemers het systeem nodig hebben, wanneer het economisch goed gaat, verscherpen we het systeem en laten we de uitkeringen dalen … want het zijn ‘de anderen’ die het nodig hebben, niet ikzelf, en het draagvlak verkleint.”
De rechtse partijen richten hun pijlen duidelijk op de werkzoekenden. Er leek al eensgezindheid te bestaan over het stoppen van werkloosheidsuitkeringen na twee jaar.
“Dat is echt heel frappant. Zowel de uitgaven voor werkloosheid als het aantal werkzoekenden staan op recordlaagte. Werkloosheid is amper goed voor 3% van alle uitgaven van de federale overheid. Er valt nauwelijks geld te rapen.”
“Ook het opbod over de ‘werkloosheidsval’ lijkt op weinig gestoeld. Eigenlijk moeten we kijken naar de mate waarin iemand een menswaardig bestaan kan hebben met deze uitkering. Wie het werk hervat aan het minimumloon, zal er zowat altijd minstens 500 euro netto per maand op vooruit gaan. Als er al een werkloosheidval bestaat, dan ligt de oorzaak eerder bij het gebrek aan betaalbare kinderopvang of de kosten verbonden aan woon-werkverkeer. Die drempels moeten aangepakt worden, net als de ontoereikende arbeidsvoorwaarden en te lage lonen. Elk onderzoek toont dat een uitkering beperken in de tijd, niet aan werk helpt.”
“Sowieso kunnen we nooit akkoord gaan met het afnemen van een uitkering na een vooraf bepaalde periode. Aan het recht op deze uitkering is een plicht verbonden die we allemaal onderschrijven, de bereidheid om werk te zoeken. Werkzoekenden moeten die inspanning leveren of ze worden gesanctioneerd. Als hen een gepast jobaanbod gedaan wordt, moeten ze dit aanvaarden. Ik begrijp dus niet dat men deze mensen hun uitkering zou moeten afnemen en doorverwijzen naar een leefloon.”
“Wat rechtse partijen eigenlijk zeggen is dat ze de diensten voor arbeidsbemiddeling, zoals de VDAB in Vlaanderen, niet vertrouwen. Want als zij hun werk doen, sancties uitvaardigen als een werkzoekende niet de gevraagde inspanningen levert, is er geen argument om de werkloosheidsuitkering te beperken in de tijd.”
“Wie wilt besparen in de gezondheidszorg,
— Raf De Weerdt
doet dat op kap van de patiënt. “
Ook de gezondheidszorg en de pensioenen kwamen tijdens de campagne in het vizier van de bezuinigingsfanatici.
“Wat de gezondheidszorg betreft, mogen we dan weer niet vergeten dat de eigen bijdrage, het zogenaamde ‘remgeld’, bij ons al behoorlijk hoog ligt. Wie wilt besparen in de gezondheidszorg, doet dat op kap van de patiënt. Het aandeel dat mensen zelf moeten ophoesten zal stijgen, terwijl het nu al een te hoge drempel vormt voor sommigen. Het is ook kortzichtig: wat eventueel ‘bespaard’ wordt op korte termijn, zullen we dubbel en dik betalen op lange termijn omdat de algemene gezondheidstoestand van de mensen achteruit zal gaan, waardoor zwaardere en duurdere ingrepen nodig zullen zijn.”
“Tja, zij staren zich blind op budgettaire lijntjes. In de sociale zekerheid gaat zowat drie vierde van de uitgaven naar pensioenen en gezondheidszorg. Maar het is toch ondenkbaar om het geld bij pensioenen te zoeken? De werknemerspensioenen zijn nu al te laag. Hierop besparen zou niet enkel pijnlijk zijn, maar ook compleet wereldvreemd.”
Wat moet er dan wel gebeuren?
“De ongemakkelijke waarheid is dat de sociale uitgaven de komende jaren onvermijdelijk zullen stijgen om het hoofd te bieden aan de vergrijzing. De sterkste stijging van de pensioenuitgaven zal plaatsvinden tussen nu en 2030. Een pensioenhervorming en zogenaamde ‘structurele’ hervormingen van de arbeidsmarkt kunnen die trend niet tegengaan omdat de budgettaire impact pas op langere termijn duidelijk wordt.”
De kern van de zaak is dat we onze sociale zekerheid moeten herfinancieren. Anders dreigt een sociaal bloedbad.”
Hoe doen we dat?
“We geven buitensporig veel geld uit aan bedrijfssubsidies voor ploegenarbeid, nachtwerk, overuren … voor een tiental miljard per jaar. Die moeten herbekeken worden in functie van wat ze echt bijdragen aan jobcreatie. Wie geeft massale kortingen op het moment dat hij het geld nodig heeft om de meest noodzakelijke uitgaven te financieren? Dit is niet langer houdbaar. Niet de sociale zekerheid leeft boven haar stand, het zijn de bedrijfssubsidies die in België merkelijk hoger liggen dan in onze buurlanden!”
“Daarnaast moet de loonnormwet die loonsverhogingen en dus ook de groei van sociale zekerheidsbijdragen fnuikt, worden aangepast. De afgelopen jaren was het al cadeaus aan werkgevers dat de klok sloeg. Door de verlaging van de werkgeversbijdragen van 32% naar amper 25% door de regering-Michel-De Wever loopt de sociale zekerheid nog steeds vele miljarden mis. Ook de vele vormen van alternatieve verloning zoals bonussen, opties en verzekeringen, maar ook statuten zoals bijklussen en flexi-jobs ondergraven de inkomsten. Laat ons dit allemaal herbekijken.”
“Het goede nieuws is dat we ook nieuwe inkomstenbronnen kunnen aansnijden. Terwijl iedereen nu al geniet van de gezondheidszorg en terugbetaling van medische kosten dragen alleen de inkomens uit arbeid bij. De tijd is gekomen om ook kapitaalinkomens en vermogen aan te spreken. Zij moeten bijdragen aan een eerlijker en meer robuust systeem.”
Een zeer to the point en begrijpbaar interview.
Goed gesproken beste Raf.
Ik zou zeggen, meer van dat want dikwijls worden er vele onwaarheden over SZ in de media verkondigd.