De Nieuwe Werker sprak met Jean Oulatar, één van Afrika’s syndicale pioniers.
Aanleiding is de fototentoonstelling van Johanna de Tessières (“Syndicalisme(s) : histoires africaines ?”), die wordt opgeluisterd met getuigenissen van Afrikaanse vakbondsleiders. Het project stond al in begin 2019 in de startblokken, met de steun van ISVI, het Internationaal Syndicaal Vormingsinstituut van het ABVV. Maar zoals tegenwoordig eerder regel dan uitzondering lijkt: het ging in de koelkast om coronaredenen. Nu, begin oktober 2021, gaat de tentoonstelling open voor het publiek: ideaal moment voor een gesprek.
“Elke ouderling die sterft, is een bibliotheek die in vlammen opgaat.” Zo gaat een Afrikaans gezegde. Jean Oulatar, bijna 80, is zo’n bibliotheek. We zijn uitgenodigd bij Jean thuis voor een interview. Doorheen zijn woonkamer aanschouwen we tientallen objecten afkomstig van het Afrikaanse continent: maskers, beeldhouwwerken, dierenvellen …
We installeren ons aan de tuintafel. “Da’s aangenamer, toch?” We zijn helemaal akkoord. Hij schenkt ons een koffie en vraagt ons of zijn echtgenote mag meevolgen. “Zij was een vurige syndicaliste”, zegt hij trots. Samen komen ze ons weer vervoegen. Zij in rolstoel, hij met grijzende haren. Hij helpt haar haar gemak te vinden, met de aandoenlijke tederheid van een koppel op leeftijd. Maar wie is nu deze bibliotheek Jean Oulatar?
Project Nairobi
Hij werd geboren in Tsjaad, waar hij in 1976 zijn vakbondscarrière begon bij de ‘Confédération internationale des Syndicats Libres’. In 2004 smelten de CSL en CMT (‘Confédération Mondiale du Travail’) samen tot het IVV, het Internationaal Vakverbond. Hij was er actief tot in 2010. Daarnaast speelde hij sinds 1989 een voortrekkersrol bij PANAF, een vormingsprogramma voor werknemers (m/v) bij Afrikaanse syndicale organisaties gesteund door het ABVV en vakbonden uit Zweden en Brazilië. “Mijn werk daar heeft geduurd tot 2019. Mijn huidige bezigheden zijn de zorgen voor mijn vrouw en mijn familie”, zegt hij met de discrete glimlach in haar richting.
PANAF werd in 1988 gelanceerd onder de naam ‘Project Nairobi’ en werd uitgerold in meer dan twintig Afrikaanse landen. Doelstelling? “Eenheid, vorming, opleiding. Zonder eenheid is er geen solidariteit. Door middel van vorming wilden we de syndicale bewegingen opbouwen tot krachtige organisaties.” Het programma bestaat vandaag, meer dan dertig jaar later, nog steeds.
‘Palaverboom’
Studiekringen, dat was de unieke inslag van PANAF. Groepen van negen à twaalf werknemers komen op de werkplek bijeen om na te denken over maatschappelijke problemen en om op zoek te gaan naar oplossingen. Een begeleider of begeleidster organiseert de gesprekken op democratische wijze opdat iedereen zijn zeg kan doen, zonder zelf een dominante rol op te nemen. “Een beetje zoals Jezus Christus en de twaalf apostelen”, lacht Jean. “Deze methode vindt haar oorsprong in de Afrikaanse cultuur. Een traditionele opvoedingsmethode in de dorpen bestaat erin kinderen en adolescenten samen te brengen, waarbij de ouderen hun ervaring en kennis doorgeven een de jongsten van de groep. Er is ook zoiets als de ‘arbre à palabre’, letterlijk de ‘palaverboom’, waarrond dorpsgeschillen op democratische wijze worden opgelost, door te praten.”
De veerman
De studiekringen brengen een grote diversiteit aan werknemers bijeen. Dat maakt de ervaring zo verrijkend. Ter illustratie brengt Jean het verhaal van de veerman. “Een universiteitsprofessor had thuis geen plek meer om al zijn boeken te bewaren en besloot elders een bibliotheek te bouwen. Hiervoor vond hij een uitstekend plekje aan de andere kant van de stroom. Hij moest natuurlijk nog zijn kostbare bezit ter plaatse zien te krijgen. Hiervoor deed hij een beroep op een plaatselijke visser. Bij de eerste overtocht vraagt de professor of de visser-veerman kan lezen. Nee, antwoordt die. Je bent dus een verloren man, zo stelt de professor. Tijdens één van de volgende overtochten doet een hevige windvlaag het bootje kapseizen. De veerman vraagt de professor of hij zwemmen kan. Neen? Wel, dan ben jij een verloren man.”
De moraal van het verhaal? Er is niet één vaardigheid beter dan de andere. Alleen samen kan je beter worden. Bijkomend voordeel van de studiekringen? “Ze zijn helemaal niet duur. We hebben meer dan twee miljoen werknemers opgeleid met tien dollar per opleiding”, legt Jean uit.
Lula
Het succes van de studiekringen valt aan de hand van enkele voorbeelden te illustreren. De deelnemers zijn erin geslaagd om complexe werkplekgeschillen op te lossen. De gesprekken brachten ook grote syndicale en politieke personen voort. Jean legt ons de situatie uit van een krokodillenboerderij in Benin. De studiekring zorgde voor een veel betere verstandhouding tussen de personeel en directie, voor hogere productiviteit en een toenemende erkenning, ook financieel, voor de werknemers.
Ander voorbeeld: Rabiatou Serah Diallo was PANAF-coördinatrice van de studiekringen in Guinee. Later werd ze nummer één van de ‘Confédération Nationale des Travailleurs de Guinée’, de grootste vakbond van het land. Ze was ook een tijdje voorzitter van de Nationale Overgangsraad (‘Conseil national de transition’). Jean: “Zelfs Lula da Silva, de voormalige Braziliaanse president, heeft deelgenomen aan studiekringen bij de metaalarbeiders. Lula is een man van de basis.”
Veel deelnemers van de studiekringen werkten ook mee in de strijd tegen aids en ebola in Guinee, Sierra Leone en Liberia.
Gedeelde waarden
Waarom is de steun van het ABVV zo waardevol, vragen we aan Jean. “We delen dezelfde waarden. Wij willen aan een betere wereld bouwen, hier en nu.”
Het gesprek loopt stilaan ten einde. Welke plek in de toekomst ziet Jean voor de Afrikaanse vakbondsorganisaties. Hij kijkt mijmerend naar de hemel, alsof het een glazen bol was: “Een boom zonder wortels kan niet groeien. De mens is zeer individualistisch geworden. We moeten terug in contact komen met onze wortels opdat de zon ons op weg helpt. De zon is internationaal, universeel. Maar de boom zonder wortels kan zelfs met zonneschijn niet groeien. De toekomst van het Afrikaans continent hangt er vanaf. De internationale solidariteit is er, die moet enkel nog gemobiliseerd, verzilverd worden.”
“De strijd gaat voort”, zo sluit Jean Glimlachend af.
Meer informatie op http://quinzainesolidarite.bruxelles.be