Wanneer de resultaten verteerd zijn is het aan ons om ons weer te organiseren, samen sterk, als vakbond samen met de rest van het maatschappelijk middenveld. De linkerzijde moet zich verenigen om weerwerk te bieden tegen een mogelijke asociale vloedgolf.
Op 10 juni werd België wakker als een land dat weer wat verder opschoof naar de politieke rechterzijde. In Vlaanderen stemt bijna de helft op rechtse, Vlaams-nationalistische partijen, terwijl groenen en liberalen (Open Vld) klappen krijgen. In Wallonië heeft rechts de wind in de zeilen: het liberale MR groeit ongezien, de socialistische PS verliest het politieke marktleiderschap en Ecolo wordt verpulverd.
Twee lichtpuntjes. Extreemrechts boekte niet de monsteroverwinning waarvoor werd gevreesd en verovert dus geen initiatiefrecht op Vlaams niveau. Dit is op zich al goed nieuws voor de bescherming van de mensenrechten en de sociale rechten van werknemers in ons land. En de Vlaamse socialisten gaan duidelijk vooruit, wat ons doet hopen op een progressieve ommekeer in het Vlaamse beleid voor de komende jaren.
Rechtse beleidslijnen
De kaarten lijken na de verkiezingen van 9 juni duidelijker te liggen dan wat we in ons land gewend zijn, zeker in Wallonië, waar MR en Les Engagés vrijwel onmiddellijk te kennen gaven samen in zee te gaan. Ze hebben met z’n tweeën een comfortabele meerderheid in het zuiden van het land. In Vlaanderen lijkt een coalitie tussen N-VA, CD&V en Vooruit het meeste kans te maken. In Brussel is de situatie complexer, maar eisen de liberalen van MR het initiatiefrecht op. Zeker op het federale niveau zijn de kaarten nog lang niet geschud.
Het blijft voorlopig afwachten wat er bij de onderhandelingen uit de bus komt, maar de kans dat we rechtstreekse of onrechtstreekse aanvallen gaan zien op werknemers, hun vertegenwoordigers van de vakbonden, en werkzoekenden, lijkt groot.
Op het rechtse verlanglijstje staan sancties voor wie niet snel genoeg een job vindt, beperking van werkloosheidsuitkeringen in de tijd, stigmatisering van de zwaksten, koopkrachtverlies door indexsprongen voor wie tegenslag kent in het leven.
Ook syndicale rechten, het sociaal overleg en het stakingsrecht zouden wel eens onder druk kunnen komen. In de openbare diensten en sociale zekerheid verwachten we de broeksriempolitiek van besparingen.
“De linkerzijde moet zich verenigen om weerwerk te bieden
tegen een mogelijke asociale vloedgolf.”
Samen weer opstaan
Links kreeg dan wel een klap, het is niet uitgeschakeld. Integendeel, de socialistische familie blijft de grootste politieke fractie in het federaal parlement.
Wanneer de resultaten verteerd zijn is het aan ons om ons weer te organiseren, samen sterk, als vakbond samen met de rest van het maatschappelijk middenveld. De linkerzijde moet zich verenigen om weerwerk te bieden tegen een mogelijke asociale vloedgolf.
De linkerzijde zal ook zichzelf moeten heruitvinden. We strijden voor progressieve waarden als solidariteit, democratie en duurzaamheid, maar focussen soms te veel op wat die brede linkerzijde verdeelt in plaats van op wat ze verbindt. Van die verdeeldheid maakt de rechterzijde gretig gebruik.
Verzoenen
De kiezer heeft gesproken. We respecteren de uitslag. De mooie praatjes van rechts en extreemrechts hebben ook een deel van de werkende klasse kunnen overtuigen, maar wij zullen erop blijven hameren dat we met rechtse recepten enkel afstevenen op sociale afbraak en meer ongelijkheid.
Wij gaan de komende jaren weer voluit voor solidariteit en sociale vooruitgang, en dat blijven we doen op de werkvloer, in het sociaal overleg en in de straat. Als breed progressief front blijven we strijden voor een socialere, sterkere samenleving waarin niemand achterblijft.