Nieuws

Colombia: “De energietransitie gebeurt samen met ons werknemers – of ten koste van ons”

Colombia: “De energietransitie gebeurt samen met ons werknemers – of ten koste van ons”

Barrancabermeja, een stad met 200 000 inwoners langs de Magdalenarivier, in het noordoosten van Colombia. Daar is de grootste raffinaderij van het land gevestigd, waar elke dag 250.000 vaten olie worden ontgonnen. In het bedrijf vind je een honderdjarige vakbond: de Unión Sindical Obrera (USO). En schitterende vakbondsmilitanten die, ondanks alle intimidaties, verder strijden voor een rechtvaardige transitie, voor een productiemodel dat respectvoller is voor de werknemers en het milieu. We duiken in het hart van hun strijd.

8u ‘s morgens. We verlaten het vliegtuig, er komt ons een vlaag warme lucht tegemoet. We waren nochtans gewaarschuwd. Barranca – zoals de Colombianen de stad noemen – heeft een tropisch klimaat: het is er warm en zeer vochtig. We worden begeleid door Cristó­bal Silva, de directeur van de school voor vakbondsvorming van de USO. “De luchthaven hier heet Yariguíes”, legt hij uit. “Dat is de naam van de inheemse gemeenschap die ooit op dit land woonde, maar die later werd onteigend, verjaagd, uitgeroeid. Eerst door de Spaanse kolonisten, nadien door de Amerikaanse oliemaatschappijen.”

Greenwashing?

Eerste halte: de raffinaderij van Ecopetrol, de nationale oliemaatschappij met de veelbetekenende slogan: “energie voor de toekomst”. Het bezoek start met een presentatie over de inspanningen van het bedrijf op het vlak van energietransitie. De verantwoordelijke stelt trots de cijfers voor: tegenwoordig wordt 92% van de olie verwerkt, waardoor slechts 8% van de meest vervuilende reststoffen overblijft. Het doel? Een totale conversie. Filtersystemen verminderen de uitstoot, een fabriek recycleert het afval, een project is gericht op het hergebruik van water en er rijden elektrische auto’s op de site… Greenwashing? We wachten op de versie van de vakbondsmilitanten.

Als de presentatie klaar is, moet de raffinaderij worden bezocht. Deze is verschillende kilometers lang en breed en ligt aan het Miramarmeer en de Magdalenarivier. “Maar de afvalstoffen die in de rivier worden geloosd zijn schoon”, verzekert de verantwoordelijke ons. De infrastructuur is indrukwekkend, de werknemers – allen in uniform – talrijk, de veiligheidsmaatregelen streng.

Na vier uur te zijn ondergedompeld in de werking van deze oliereus is het voor ons tijd om te vertrekken. Onderweg naar de uitgang sluipt een leguaan door het hekken. Met een knipoog naar het logo van Ecopetrol.

Op één na meest vervuilende industrie

Tweede halte: een ontmoeting met de vakbondsmilitanten van de raffinaderij. De eerste vraag die wij stellen: vervuilt de onderneming? Het antwoord is unaniem: ondanks de inspanningen, ja.

Freddy Pulecio, die 37 jaar in de vestiging werkte, vertelt: “De olie-industrie van Barrancabermeja is de op één na meest vervuilende industrie van het land.” Er zijn verschillende soorten vervuiling. Eerst en vooral de luchtvervuiling: elke dag verdampt er vier ton aan katalysatoren. Zonder de massale uitstoot van broeikasgassen mee te tellen. “Wanneer de verbranding in de schoorstenen gebeurt, wordt de gemeenschap gehinderd door het roet en de geur”, legt Moisés Barón uit. Maar er is meer. Volgens de militanten is het water dat in de Magdalenarivier en de omliggende meren wordt geloosd niet zo schoon als het bedrijf beweert. De gemeenschap maakt zich zorgen. De vissen zijn nu niet meer geschikt voor consumptie.

Een ander probleem: de verstedelijking rond de raffinaderij. “Barrancabermeja was vroeger slechts een dorp. De stad ontwikkelde zich veel te dicht bij de site. Restaurants en winkels bevinden zich vandaag op minder dan 200 meter van de fabriek”, benadrukt Moisés.

Werknemers zijn eerste slachtoffers

Volgens Freddy zijn de eerste slachtoffers van deze vervuiling de werknemers zelf, meer bepaald de werknemers in de laboratoria die dagelijks worden blootgesteld aan schadelijke stoffen zoals lood. Kankers, ademhalingsproblemen, miskramen, kinderen die geboren worden met autisme of downsyndroom … De lijst met gezondheidsproblemen is lang.

De bescherming van de werknemers is steeds één van de belangrijkste actiepunten van de USO geweest. In 1998 bekwam de vakbond dat er een medische studie werd uitgevoerd naar de effecten van schadelijke producten op de gezondheid van de werknemers. Dankzij deze bevraging kregen de werknemers van de laboratoria extra verlof en konden ze vroeger op pensioen. Het bedrijf weigerde evenwel om een periodiek medisch toezicht in te voeren zoals werd aanbevolen in de studie.

“Ze stelden hun economische en juridische veiligheid boven die van de werknemers en hun gezinnen”.

Moisés Barón, vakbondsmilitant

Kennis van werknemers, sleutel voor rechtvaardige transitie

Volgens de vakbondsmilitanten is de modernisering van de 75 jaar oude raffinaderij een prioriteit. Het productieproces moet anders, er moet een model worden gekozen dat zowel de werknemers als het milieu respecteert. En iedereen moet op schone en betaalbare energie kunnen rekenen. Hoe meer ze praten, hoe meer we getroffen worden door hun expertise. Het is duidelijk: zij moeten betrokken worden bij de transitie. Eerst en vooral omdat zij er het meest door worden getroffen, maar ook – en vooral – omdat zij de kennis in handen hebben.

“De energietransitie gebeurt samen met ons werknemers – of ten koste van ons”, verklaart Dibett Quintana. “Onze rol is essentieel, maar ook heel moeilijk. We leven in een kapitalistische maatschappij die er geen enkele baat bij heeft het milieu te beschermen, maar het eerder wil vernietigen. De consumptiecultuur en het individualisme halen de bovenhand.” Moisés Barón is het ermee eens: “Het kapitalisme en het leven zijn onverenigbaar. Het ergste dat kan gebeuren is dat we de multinationals alleen laten beslissen over deze transitie.”

Concreet

De rechtvaardige transitie kan een abstract begrip lijken. Om deze beter te begrijpen, vind je hieronder enkele concrete voorstellen van de Mesa Social Mineroenergética y Ambiental por la Paz, waarvan de USO en de Corporation Aury Sara lid zijn:

  • Een commissie oprichten die een voorstel tot hervorming van de mijnbouwcode moet uitwerken, in samenwerking met de vakbonden, de artisanale mijnwerkers en de inheemse, Afro-Colombiaanse en landbouwgemeenschappen.
  • De naleving van de rechten, de gezondheid en de veiligheid van de werknemers in de mijnbouwsector garanderen.
  • Water en energie erkennen als basisrecht voor alle burgers van het land.
  • Het productiemodel voor de ontginningsindustrie, dat momenteel gericht is op de uitvoer van grondstoffen, omvormen naar mijnbouw en energiewinning om aan de nationale behoeften te voldoen. De petrochemie en de carbochemie, minder vervuilende alternatieven, ontwikkelen.

Een speciaal energiefonds oprichten voor het wetenschappelijk onderzoek naar nieuwe, schone en hernieuwbare alternatieven.

Syndicale vorming

De uitdaging is echter enorm. Zelfs al pogen de vakbonden om de schade te beperken, de werknemers zullende eersten zijn die getroffen worden door de transitie waardoor banen zullen verloren gaan of jobs een andere invulling zullen krijgen. Gezien de onzekerheid, is de angst terecht. “Maar we kunnen de planeet niet opofferen om banen te behouden”, zegt Moisés. De werknemers sensibiliseren en opleiden is essentieel. Dat is net de rol van Aury Sara Marrugo, de school voor syndicale vorming van de USO die de werknemers in deze transitie begeleidt.


“Walter Benjamin – een Duitse filosoof – zei dat de arbeidersklasse de motor van de verandering is. Het is haar plicht om aan de noodrem te trekken en opnieuw de productiemiddelen in handen te nemen om een meer rechtvaardige maatschappij te bouwen, die in harmonie is met het milieu.”

— Cristóbal Silva, directeur van de school voor vakbondsvorming Aury Sara Marrugo

Twee conflicten, twee overwinningen

Van alle conflicten die door de Colombiaanse kameraden werden genoemd, trokken er twee in het bijzonder onze aandacht.

Het eerste betreft de verdediging van het openbaar karakter van Ecopetrol, waarvan de middelen gebruikt worden voor de financiering van overheidsbeleid o.a. op het vlak van gezondheid en onderwijs. De vakbond sensibiliseert sinds de jaren ’90 om het bewustzijn rond dit belang te vergroten. “We verdedigden het nationaal erfgoed”, legt Freddy, een emblematische figuur van deze strijd, uit. In 2004 probeert de ultraconservatieve president Álvaro Uribe het bedrijf te privatiseren. De vakbondsmilitanten verzetten zich er hevig tegen en organiseren een massale staking. Als represaille worden 256 werknemers ontslagen. De zaak wordt voor de Internationale Arbeidsorganisatie  (IAO) gebracht, die oordeelt dat de stakers gelijk hebben en de wettigheid van de beweging erkent. Dankzij deze overwinning, kunnen de werknemers gere-integreerd worden en kon het loon worden gestort voor de periode waarin ze niet aan het werk waren.

De tweede grote syndicale strijd is die tegen ‘fracking’, waarbij gesteente in kleine deeltjes wordt gebroken door er onder hoge druk een mengsel van water, zand en chemische producten in te spuiten om zo koolwaterstof vrij te maken. Volgens de vakbondsmilitanten houdt deze methode ernstige risico’s in, meer bepaald de besmetting van het grondwater en de gevolgen van bodeminstabiliteit in één van de meest aardbevingsgevoelige regio’s ter wereld. Vakbondsmilitanten, lokale leiders en milieuactivisten verenigden hun krachten om deze bedreiging het hoofd te bieden. Hun strijd werd op verschillende fronten gevoerd: juridische stappen, acties en sensibiliseringscampagnes bij de bevolking. “De druk werd zo groot dat oud-president Duque pilootprojecten moest opzetten om te proberen te bewijzen dat fracking niet zorgt voor vervuiling. Na de regeringswissel werden die projecten aan de kant geschoven. De gemeenschap heeft zich gemobiliseerd en de strijd gewonnen”, legt Moisés trots uit.

Vakbondsmilitant, gevaarlijk engagement

De strijd gebeurt evenwel niet zonder risico. In Colombia is het geweld tegen vakbonden één van de ruwste ter wereld. “Vakbondsmilitant zijn in Colombia, dat is met één been in het graf leven”, vertrouwde een andere Colombiaanse militant ons enkele jaren geleden toe.

In Barrancabermeja, net als in andere regio’s in de wereld die rijk zijn aan natuurlijke grondstoffen, gaan de belangen van het kapitaal vóór op die van de werknemers en de gemeenschap. De eisen worden met alle mogelijke middelen in de kiem gesmoord. Er wordt geweld gepleegd door paramilitairen, betaald door de multinationals, de bedrijven zelf of de staat, onder het bewind van de presidenten Álvaro Uribe en Iván Duque.

In de jaren ’90, toen Freddy persattaché van de vakbond was en verantwoordelijk was voor de dossiers op het gebied van soevereiniteit en mensenrechten, werd hij bedreigd, gevangengezet en het slachtoffer van een moordpoging in de gevangenis zelf. Dibett werd in 2016 aangevallen aan de ingang van de raffinaderij nadat ze corruptie aan de kaak stelde. Drie jaar later, toen ze op weg was naar de rechtszaak in Aguachica om er een syndicaal dossier te verdedigen, werd ze ontvoerd, gemarteld, verkracht en voor dood achtergelaten. Ze hebben allebei, op afzonderlijke momenten, Colombia moeten ontvluchten om hun toevlucht te vinden in respectievelijk België en Chili.

Vandaag zetten ze, ondanks de beproevingen, hun strijd voort met onverminderde vastberadenheid. “Het is een kwestie van overtuiging. Ik ben ervan overtuigd dat we de zaken kunnen veranderen als we ons verenigen.”, legt Dibett uit. Hun veerkracht zal ons blijven verbazen en inspireren.

Internationale solidariteit

De internationale solidariteit uitte zich op een cruciaal moment in het bestaan van de USO. Aan het einde van de jaren ’90 en het begin van de jaren 2000 waren heel veel leiders van de Colombiaanse vakbond gevangengezet, vermoord of in gedwongen ballingschap.

Freddy Pulecio zoekt zijn toevlucht in België waar hij nauwe banden smeedt met de Algemene Centrale van het ABVV . Ze zoeken samen naar een manier om de Colombiaanse vakbond te steunen. “Er moeten nieuwe leiders worden opgeleid”, oppert Freddy. Vanuit deze bedenking wordt een overeenkomst gesloten tussen de USO, de AC en het ISVI (Instituut voor internationale vakbondssamenwerking van het ABVV). Zo wordt de school voor vakbondsvorming Aury Sara opgericht, naar een leider van de USO die in 2001 in Cartagena werd vermoord. Er worden allerlei vormingen gegeven, onder andere over de rechtvaardige transitie. Voor Freddy was deze steun doorslaggevend. “We werden door de maffia geregeerd. Er was totale straffeloosheid. Het enige dat hen afschrikte was de internationale solidariteit.” Die steun blijft vandaag cruciaal: politieke, morele en financiële bijstand, uitwisseling van ervaring en kennis, samenwerkingen tot stand brengen, …

Ook Dibett kon op de krachtige steun van de Algemene Centrale en het ISVI rekenen, die meerdere lobby- en sensibiliseringsacties voerden om gerechtigheid te eisen na haar aanval. In maart 2023 nam zij het woord tijdens het Congres van de AC. Later in een interview voor het magazine Agir par la culture, vertelt zij: “België zal altijd een speciaal plekje in mijn hart hebben, misschien omdat ik in Blankenberge mijn stem terugvond. (…) Die solidariteit die ik overal voelde, die blikken, die glimlachen, hebben me zo hard gesterkt.”

Dibett Quintana op het Congres van de AC, samen Yolanda Lamas, verantwoordelijke voor het ISVI voor de samenwerking met Colombia.

En nu?

De vakbondsmilitanten die we ontmoetten zijn bevlogen. Ze spreken uren over hun bedrijf, hun strijd en hun dromen voor de toekomst. Ondanks de behaalde overwinningen en hun strijd voor de transitie, blijven er grote uitdagingen. Onder andere de strijd voor de rechten van de uitzendkrachten. “Tijdens bepaalde periodes zijn ze met 4.000”, legt Juan Carlos Aguilar ons uit. “Het sociaal overleg blijft moeilijk in de onderneming en komt niet volledig ten goede van alle werknemers en werkneemsters.”

Naast de strijd die in de onderneming wordt gestreden, komt een groep gepensioneerde militanten van Ecopetrol samen om het land “een voorstel te doen”, legt Freddy uit. Hun idee? Energie produceren op basis van waterstofatomen en de quantummethode, een zuiniger en minder vervuilende oplossing. “We hopen van Barranca de eerste groene raffinaderij te maken “, voegt hij toe alvorens te besluiten: “De mensheid moet de toegang tot energie waarborgen tegen een rechtvaardige prijs.”


“De mensheid moet de toegang tot energie waarborgen tegen een rechtvaardige prijs.”

— Freddy Pulecio, Colombiaanse vakbondsmilitant

De mensheid. We verlaten Barrancabermeja met dat woord dat in onze oren weerklinkt. En met de gezichten van onze overzeese kameraden op ons netvlies gebrand. Ja, de rechtvaardige transitie is een wereldwijde uitdaging. De vernietiging van de planeet en de klimaatwijziging die eruit voortvloeit gaan ons allen aan. Maar het is ook een verantwoordelijkheid. Gezien de hoogdringendheid is slechts één antwoord mogelijk: eenheid. Enkel samen – werknemers en werkneemsters uit de hele wereld – kunnen we de vernietigende kapitalistische tendens omkeren en een meer rechtvaardige, meer duurzame toekomst bouwen die respect heeft voor elke levensvorm.

Facebooktwitter

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Lees ook x

De Nieuwe Werker

FREE
VIEW