Vrede, een permanente strijd, een syndicale strijd

Florian Strik
17/10/2025

Vrede, een permanente strijd, een syndicale strijd

Vrede, een permanente strijd, een syndicale strijd

Waarom willen we als vakbond zo nodig manifesteren voor Gaza? Waarom houden we ons niet gewoon bezig met de sociaal-economische hervormingen in België en de leefwereld van Belgische werknemers? Het zijn vragen waarmee vakbondsleden regelmatig geconfronteerd worden. Het antwoord op die vraag gaat verder dan het onrecht dat de Palestijnen wordt aangedaan. In hoeverre je voorbij een genocide kan gaan natuurlijk.

Het  antwoord op deze vraag vindt zijn oorsprong in de historische inzet van de vakbonden voor vrede. Bij gewapende conflicten zijn het altijd eerst de arbeiders geweest die als kanonnenvlees moesten dienen. Bovendien schendt oorlog niet alleen mensenrechten maar ook sociaaleconomische rechten. Productiemiddelen worden vernietigd, bevolkingen moeten vluchten en gezinnen worden verscheurd. Oorlogen jagen mensen in armoede. Ze sturen arbeiders de dood in voor belangen die niet de hunne zijn. En bovendien zetten oorlogen alle sociale verworvenheden terug op het spel. Juist om die redenen is de syndicale strijd en de vredesbeweging intrinsiek met elkaar verbonden.


Verantwoordelijkheden

“Met 190 miljoen leden, verspreid over 169 landen, zijn wij de grootste sociale organisatie ter wereld. In die hoedanigheid dragen we ook een verantwoordelijkheid om een mobilisatie voor vrede op gang te brengen. Want elke euro die in bewapening wordt geïnvesteerd, is een euro die niet naar scholen of ziekenhuizen gaat.” Dat zijn de woorden van Luc Triangle, secretaris-generaal van het Internationaal Vakverbond (IVV). Op 14 september opende hij in Oostende een debat over vakbonden en vrede tijdens het Manifesta-festival. Ook ABVV-voorzitter Thierry Bodson nam deel aan het debat.

Jeremy Corbyn herinnerde tijdens datzelfde debat eraan hoezeer diplomatie, internationaal recht en samenwerking tussen vakbonden over grenzen heen onze richtingaanwijzers zijn. “Heel mijn leven ben ik syndicalist geweest. Heel mijn leven heb ik gestreden voor vrede”, voegde hij eraan toe.


Generatie op generatie

Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog hebben de Belgische vakbonden zich duidelijk uitgesproken tegen bewapening en oorlogszucht. In de jaren 1960 veroordeelden ze de verspreiding van kernwapens. In de jaren 1980 bracht de plaatsing van Amerikaanse kernraketten in Florennes 400.000 mensen op de been tijdens een historische betoging met de slogan: “Werk, geen raketten”, in het leven geroepen door het ABVV en ACV.

Op dezelfde manier hebben de vakbonden gestreden tegen Apartheid in Zuid-Afrika, openlijk oppositie gevoerd tegen de oorlog in Irak met een betoging van meer dan 100.000 mensen, en recent nog gemanifesteerd voor het einde van de vijandelijkheden in Oekraïne. Elke volgende generatie syndicalisten neemt de vredesvlam opnieuw op.


Enkele syndicale posters voor vrede. © Bread & Roses



Terugkeer naar militair discours

Sinds de invasie van Oekraïne door Rusland is het spookbeeld van een derde wereldoorlog terug opgedoken. Vergelijkingen met de jaren 1930 zijn schering en inslag, en het militaristische discours wint opnieuw aan kracht. Dat benadrukten de uit Duitsland, België en het V.K. afkomstige syndicalisten die deelnamen aan het debat. Het verschijnsel is overal hetzelfde – alleen de bedragen die in bewapening worden gepompt verschillen naargelang de grootte van het land.

Tegelijk trekken mensen massaal de straat op in de hoofdsteden om te protesteren tegen besparingsplannen die voor de werkende bevolking treffen. Ondertussen worden er miljarden euro’s in Defensie geïnvesteerd. Opvallend genoeg klinkt het politieke discours dat deze keuze rechtvaardigt, overal precies hetzelfde.


Oorlogspropaganda

Dat doet denken aan het werk van Anne Morelli over oorlogspropaganda. Volgens de historica volgt de retoriek altijd hetzelfde patroon. Door de morele normen en waarden van de bevolking aan te spreken, probeert men de publieke opinie te beïnvloeden. Officieel wilt niemand oorlog. Het is altijd eenzijdig de schuld van de ander, de zogenaamde vijand. Het liefst is die vijand iemand waar ook niet mee te praten valt. Want wij strijden dan voor democratie, beschaving en mensenrechten – zij zijn tegen. Dat zou ons dan moeten verplichtten om in te grijpen en ons zo voor te bereiden op oorlog. Iedereen die de legitimiteit van die oorlog in twijfel trekt of nuance probeert aan te brengen, wordt dan al snel gezien als een verrader van de moreel superieure zaak, van de democratie.


“Nooit meer”

Het ABVV, samen met andere vakbondsorganisaties, heeft zich altijd verzet tegen het klakkeloos overnemen van de aangeleverde opinie. De bond herinnert eraan dat arbeiders drie keer de rekening van een oorlog betalen: via hun belastingen die naar bewapening gaan, via besparingen in de sociale budgetten, en met hun eigen leven of dat van hun kinderen.

Dit jaar herdenkt de wereld de 80ste verjaardag van de nucleaire rampen van Hiroshima en Nagasaki. De strijd voor vrede betekent ook dat we naar het verleden moeten kijken en de onontbeerlijke slogans moeten blijven herhalen: “Nooit meer.” Het is aan de vakbonden om alles in het werk te stellen om oorlogen te vermijden of te boycotten: door de rol van de VN te verkiezen boven die van de NAVO, door betogingen tegen oorlog te organiseren, door stakingen te steunen die de levering van wapens aan Israël verhinderen, en door steun te betuigen aan degenen die, met gevaar voor eigen leven, deel uitmaken van de humanitaire vloot voor Gaza.

De gruwel die zich momenteel afspeelt in Gaza, moet mensen wereldwijd wakker schudden voor het belang van een wereldwijde vredesbeweging. Voor het belang van de mensheid.


“Laat de olijftak niet uit mijn hand vallen”

In Gaza wordt niet alleen het internationaal recht aan alle kanten geschonden, maar vindt ook de systematische uitroeiing van een bevolkingsgroep voor onze ogen plaats. Er is een genocide aan de gang – en die woorden alleen al zouden de hele mensheid moeten doen opstaan.

Internationale solidariteit met werknemers maakt deel uit van het DNA van onze vakbondsorganisatie. En in Palestina zijn de redenen tot verontwaardiging en aanklacht legio. De kolonisatie legt Palestijnse werknemers al decennialang beperkingen op inzake bewegingsvrijheid, arbeidsrecht, recht op een waardig leven, gezondheid en onderwijs. Het grondgebied wordt letterlijk geconfisqueerd.

Yasser Arafat, leider van de Palestijnse Autoriteit, sprak bij zijn eerste toespraak voor de Verenigde Naties in 1974 deze woorden:

“Vandaag kom ik met een olijftak in de ene hand en een vrijheidsgeweer in de andere. Laat de olijftak niet uit mijn hand vallen. Ik herhaal: laat hem niet uit mijn hand vallen.”

Eenenvijftig jaar later kunnen we ons afvragen wat de wereldmachten – en in het bijzonder de Europese Unie – gedaan of nagelaten hebben om te voorkomen dat die olijftak dan toch gevallen is. Het ABVV zal niet wegkijken, want Gaza is de spiegel van alle onderdrukte volkeren. De roofmechanismen die zich daar voltrekken, in minachting van het internationaal recht, belangen ons van zeer nabij aan. Want als men toelaat dat het zelfbeschikkingsrecht van een volk in Palestina wordt geschonden – wat is dan nog de waarde van dat recht?

Facebooktwitter

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

share Share

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

De Nieuwe Werker

FREE
VIEW